Adobe Stock 286138422

De patiënten die baat zullen hebben bij een nieuwe behandeling voor knieartrose

In dit artikel onderzoekt dr. Rees de behandelingsmogelijkheden die momenteel beschikbaar zijn voor patiënten met artrose en introduceert hij Arthrosamid, een intra-articulaire polyacrylamide hydrogel-injectie (iPAAG) die werkt door het kniegewricht te dempen en de pijn te verlichten bij mensen die lijden aan knieartrose.

Dr Jonathan Rees
Dr Jonathan Rees

Dr. Jonathan Rees is een zeer ervaren reumatoloog en sportarts. Na zijn opleiding in verschillende academische ziekenhuizen in Londen werkte hij eerder als specialist in het Defence Medical Rehabilitation Centre Headley Court, trad hij op als honorair reumatoloog in Guys’ and St Thomas’ Hospitals en was hij reumatoloog in Addenbrooke’s Hospital in Cambridge. Dr. Rees werkt nu als zelfstandige in de Fortius-kliniek in Londen en Cambridge, waar hij aandoeningen behandelt als artrose, reumatoïde artritis, jicht, rugpijn en osteoporose.

In dit artikel onderzoekt dr. Rees de behandelingsmogelijkheden die momenteel beschikbaar zijn voor patiënten met artrose en introduceert hij Arthrosamid, een intra-articulaire polyacrylamide hydrogel-injectie (iPAAG) die werkt door het kniegewricht te dempen en de pijn te verlichten bij mensen die lijden aan knieartrose. Hij gaat verder in op het soort patiënten dat volgens hem baat zal hebben bij Arthrosamid en legt uit waarom deze nieuwe behandeling een belangrijk wapen zou kunnen worden in de strijd van artsen tegen de ziekte.

Artrose is een geleidelijk voortschrijdend en onomkeerbaar proces dat leidt tot kraakbeen- en gewrichtsschade. Artrose, de meest voorkomende aandoening van het skeletspierstelsel, vormt een enorme belasting voor de gezondheidszorg en sociale zorg in het VK: naar schatting 1 op de 5 volwassenen ouder dan 45 jaar lijdt aan artrose van de knie en 1 op de 9 volwassenen aan artrose van de heup.1 Artrose heeft een negatieve invloed op de kwaliteit van leven van de patiënt en mogelijk ook op de levensduur.

Bij sommige patiënten lijkt artrose genetisch bepaald te zijn en kan het in families voorkomen; dit wordt primaire artrose genoemd. Secundaire artrose treedt op wanneer het kraakbeen beschadigd is door gebeurtenissen zoals letsel of andere medische aandoeningen. Deze omvatten zwaarlijvigheid, biomechanische problemen en reumatoïde artritis. Naarmate we langer leven, neemt de frequentie van artrose toe. De knie is een zeer complex gewricht dat vaak geblesseerd raakt en gevoelig is voor artrose.

De behandeling van artrose kan in drie kerngroepen worden onderverdeeld: conservatieve behandeling, medische behandeling (waaronder injecties) en chirurgie. Helaas bestaat er momenteel geen behandeling die het ziekteproces zelf kan wijzigen, zodat artrose een geleidelijk voortschrijdende en ongeneeslijke aandoening blijft (in tegenstelling tot aandoeningen zoals reumatoïde artritis, waarvoor talrijke geneesmiddelen bestaan die de verdere aantasting van de gewrichten kunnen tegenhouden of stoppen).

De conservatieve behandeling van artrose omvat gewichtsbeheersing en voorlichting van de patiënt. Bij een conservatieve behandeling kan de patiënt dempend schoeisel dragen, of steunzolen en beugels. Een andere interventie is patiënten te helpen sterker en fitter te worden door fysiotherapie en fitnessoefeningen.

Physiotherapy on a patient suffering with OA
Physiotherapy on a patient suffering with OA

Na conservatieve behandelingen is de volgende stap in het behandelingstraject vaak orale medicatie (analgetica ofwel pijnstilling). Medicatie zoals paracetamol, ontstekingsremmers of codeïne worden vaak gebruikt. Medicatie zoals duloxetine kan als tweedelijnsmiddel worden aangeboden. Helaas heeft alle medicatie mogelijke bijwerkingen en is de werkzaamheid van medicatie zeer wisselend. Sommige medicatie kan topisch worden gebruikt, zoals ontstekingsremmende middelen of capsaïcine. Er zijn aanwijzingen dat TENS-apparaten (transcutane elektrische zenuwstimulatie) ook een zeker voordeel kunnen bieden bij artrose.

Als orale of topische medicatie niet werkt (of niet aan te raden is), kan injectietherapie worden aangeboden. De meest voorkomende injecties zijn op basis van cortison. Cortison is over het algemeen heel nuttig bij een opflakkering en verbetert vaak de zwelling, pijn en functie op korte tot middellange termijn. Als cortison goed werkt, kan het zorgen voor een periode zonder pijn (of met minder pijn) waarin de patiënt beter kan revalideren en sterker kan worden. De duur van het effect kan sterk variëren en er zijn mogelijk bijwerkingen, waaronder het uitblijven of verergeren van de symptomen, kraakbeenafbraak en het zeldzame risico van infectie.

Een injectie van het kniegewricht met hyaluronzuur (HA, hyaluronic acid) is een andere optie. HA is een normaal bestanddeel in gezonde knieën en injectie van exogeen HA (HA dat buiten het lichaam wordt aangemaakt) heeft in sommige onderzoeken aangetoond dat het de pijn vermindert en de kniefunctie verbetert. HA-injecties worden doorgaans goed verdragen; de voordelen kunnen echter vrij gering zijn en HA-injecties worden in het VK door het NICE niet als kosteneffectief voor de NHS aanbevolen.

Er zijn andere nieuwe technieken gebruikt, met name plaatjesrijk plasma (PRP) als injecteerbaar middel. Er zijn aanwijzingen dat PRP bij sommige patiënten effectief kan zijn. Verdere inspanningen op dit gebied zijn gaande om de optimale dosis en het optimale type PRP te bepalen. Deze mogelijkheid is momenteel niet algemeen beschikbaar.

An athlete suffers with the pain of OA
An athlete suffers with the pain of OA

Naast de fysieke beperkingen van knieartrose zijn er ook grote psychologische gevolgen. De psychologische aspecten kunnen even belangrijk - en moeilijk - zijn om mee om te gaan als de fysieke. Als sportarts zie ik veel geblesseerde sporters van alle leeftijden voor wie sport een centraal onderdeel van hun identiteit is. Als je hun de mogelijkheid ontneemt om te rennen of hun sport te beoefenen, kan de psychologische impact groot zijn. Meer in het algemeen vinden de meeste mensen het leuk om actief te zijn en als zij thuis of op het werk de trap niet op en af kunnen lopen, niet naar de bushalte kunnen lopen of niet actief met hun kinderen kunnen spelen, zal dit ook psychologisch een nadelig effect hebben.

Gebruikelijke operatietechnieken voor knieartrose zijn onder meer het spoelen van de knie, opnieuw uitlijnen (veranderen van de biomechanica van de knie) of gedeeltelijke/gehele gewrichtsvervanging. Spoelen was vroeger een gebruikelijke behandeling voor artrose in het VK, waarbij een arthroscopische operatie (kijkoperatie) werd uitgevoerd om alle debris (vuil) in de knie te verwijderen. Recent bewijs suggereert echter dat het niet werkzaam is tegen gegeneraliseerde knieartrose. Ingrepen waarbij er opnieuw wordt uitgelijnd (zoals een tibia-osteotomie) kunnen de functie van de knie verbeteren voor sommige patiënten met artrose in specifieke gebieden van de knie. Voor veel patiënten met vergevorderde knieartrose is een totale knieprothese (TKP) echter de enige haalbare chirurgische optie.

Bij patiënten die veel pijn hebben en de knie niet zwaar belasten, kan een TKP een hoge mate van tevredenheid bij de patiënt geven. Voor de jongere en over het algemeen actievere patiënten zijn de fysieke beperkingen van een vervangen knie echter een groot probleem. Een gewrichtsvervanging is natuurlijk een zware operatie.

Knieën zijn geen eenvoudige gewrichten om te vervangen. Als we knieën met heupen vergelijken, is de heup een kogelgewricht en in het algemeen komt een vervangen heup meer overeen met de functie van het oorspronkelijke gewricht dan een vervangen knie. Over het algemeen is het voor een vervangen knie (een aangepast scharniergewricht) moeilijker om de functie van het oorspronkelijke gewricht te evenaren. Aangezien een vervangen kniegewricht niet zo functioneel zal zijn als de oorspronkelijke knie, wilt u idealiter vermijden dat uw patiënten met artrose een knieprothese ondergaan voor ze minstens 60 jaar oud zijn, aangezien gewrichtsvervanging bij jongere patiënten de kans op een vroegtijdige revisie (een nieuwe vervanging) sterk verhoogt. Revisiechirurgie kan een uitdaging vormen, levert over het algemeen niet zulke goede functionele resultaten op als de eerste vervanging, en houdt een risico in voor zowel de mobiliteit als het ledemaat in de toekomst.

Er staat een aanzienlijk aantal patiënten met artrose op een wachtlijst voor een knieoperatie en zij wachten mogelijk al een jaar of langer. Deze wachttijd is nog langer geworden door de COVID-19 pandemie. Een langere wachttijd zal waarschijnlijk zowel fysiek als psychologisch een negatief effect hebben. Een verminderde lichamelijke conditie vóór de operatie verhoogt het risico op chirurgische complicaties.

Arthrosamid
Arthrosamid

Dat brengt ons bij Arthrosamid®. Ik denk dat er drie soorten patiënten artrose zijn die geschikt zullen zijn voor een niet-biologisch afbreekbare injectie met één dosis en voor die deze behandeling voordelen zou kunnen geven. Ten eerste zijn er de actieve, potentieel jongere patiënten die een TKP willen uitstellen (of voorkomen). Als wij, als behandelaars, de pijn langdurig kunnen verlichten en een patiënt tot een leeftijd van 60 jaar kunnen krijgen voor een knieprothese, dan zullen ze meer jaren een functionele knie hebben en hebben ze ook het voordeel dat de vervangen knie niet zo lang hoeft mee te gaan. Hierdoor wordt de kans op een revisieoperatie kleiner.

Ten tweede zijn er patiënten die een TKP nodig hebben en op een wachtlijst staan voor een operatie. Als zij toegang hadden tot een injectie met Arthrosamid, zou dit hun een jaar of twee van pijnverlichting kunnen geven, zodat zij makkelijker fit kunnen blijven, een betere kwaliteit van leven hebben en een betere kandidaat voor de operatie zijn wanneer het tijd is voor hun vervanging.

Ten derde zijn er de gevorderde patiënten met artrose voor wie een vervanging niet haalbaar is en die geen geschikte kandidaten zijn voor een operatie; misschien hebben zij een slecht anesthesierisico, of hebben zij medische comorbiditeiten. Ze hebben alle beschikbare behandelingsopties doorlopen en zijn op zoek naar iets anders om hun kniepijn te helpen verminderen. Ondanks de mogelijkheden waarover wij als behandelaars beschikken, is het duidelijk dat er patiënten met artrose zijn bij wie de standaardbehandelingen niet effectief zijn en bij wie Arthrosamid zou kunnen helpen.

Arthrosamid is uniek onder de huidige behandelingsopties wat betreft de langdurige en aanhoudende voordelen die het patiënten met artrose biedt. Het biedt de knieën een demping die langduriger is dan wat momenteel beschikbaar is. Dit is echter een nieuwe behandeling en het is onvermijdelijk dat er bezorgdheid bestaat over wat deze behandeling met uw lichaam doet. Een behouden arts zal een nieuwe behandeling alleen toepassen als er geen andere optie is en meestal bij patiënten met de ergste symptomen. Ik verwacht dat we Arthrosamid zullen gebruiken bij die patiënten met artrose die voorlichting, pijnstilling en fysiotherapie hebben gehad, die gedaan hebben wat ze kunnen om hun gewicht onder controle te houden en die ofwel een cortison- of een viscosupplementatie-injectie hebben gehad, hebben overwogen of niet kunnen krijgen en die PRP hebben overwogen. In afwachting van meer informatie over het veiligheidsprofiel van dit medische hulpmiddel, zou je verwachten dat een arts eerst andere behandelingen heeft toegediend voordat hij of zij voor Arthrosamid kiest. Natuurlijk is geen enkele behandeling zonder risico's en voordelen, dus bijwerkingen en beschikbare gegevens moeten altijd worden beoordeeld, maar Arthrosamid is veelbelovend.

Er is een duidelijke escalatie in de behandeling van knieartrose, met conservatieve, medische en chirurgische opties. Arthrosamid vormt een brug tussen medische interventie en een operatie, waardoor wij als artsen TKP voor onze patiënten met artrose kunnen uitstellen of vermijden. Ik ben van mening dat Arthrosamid een duidelijke leemte vult binnen de huidige behandelingsmogelijkheden en bepaalde groepen patiënten een doeltreffend alternatief biedt voor de thans beschikbare therapieën. Het is een duidelijk geval van de juiste patiënt, juiste plaats en juiste behandeling.

ENDS

References:

1. Arthritis Research UK - Prevalence of osteoarthritis in England and local authorities: Birmingham

OUS/ARTHRO/DEC2021/032.V1